Home Weblog Boeken Over Marijn Contact  
 
 
Home > Boeken > Gedichten > Een lief kind heeft vele namen (deel 4)
 
 

Gedichten

 
 

Een lief kind heeft vele namen (deel 4)

Deel 4

Pieter zucht en Anatosh
knikt voor zich heen. `Vorige week,' zegt hij,
een dinsdag. Heel rood gaat de zon onder.
Koeien stonden in welig land,

en ik blies mijn laatste adem uit.
Als ik mijn leven samenvat; de vlammen
van mijn herinĀ­nering zijn als jongensvuren in het donker.
Mijn potentie ging als een kramp verloren.
Hoe een man zich verwijderen moest,

zich met harde ballen terugtrok tot een heimwee;
Vanaf mijn eerste dag zat moeder met mij,
een vreemd haardblok, te zwaar voor haar schoot, niet willende
branden omdat haar humor zonder zuurstof was
en haar liefde te nat.

Geen vader. En zo,
op een dag in een boterbloemenwei,
waaide liefde
in mij. Van ver.
Ik schreef een brief,

rode letters op ruitjespapier,
iemand die niet bestond,
maar geschreven wilde zijn.
Het groen al groener
en het lichtend blauw, tussen bloemen

zat ik en alle kleuren die er zijn
in de asla van mijn verlangen.
Iemand riep mij
die er niet is
maar achter de zoemende horizon

was zijn witte hand: Kom!
Ik beloof je een land.
Ik zal je ontvangen.'
De advocaat verzucht zijn borst.
`Een lief kind heeft veel namen,'

zegt hij, `maar een afwezige vader,
verovert de hemel. Als God
die er niet is. Gemis
is echter werkelijk.
Hoe het kon zijn.

Noem het ideaal, triviaal,
lagedrukgebied: ik zocht het conflict.
Een snellere oppervlakkige adem. De kamer warm.
Gehamer. Je lacht met een dunne bovenlip.
Met grote aderen. Als dit de vaderhand is?

Maar zegevierend: niet hij die mij verwelkomt,
maar mij verlaat, opnieuw;
zodat ik hem grijp, hem, drager
van zege; ik, zoekende zijn hand
dronken van roem.

Ik won mijn processen maar had ik recht van bestaan?
Ik voelde mij een gevangen luchtbel onder water
en werd vader,
zonk mijn kind mijn diepte in,
bodemloos, hemelhoog.'

Zijn stem is hees, zijn ooghoek snel.
Geen man die kust.
De ruggegraat waaraan zijn kleren hangen
Beschuldigt hem dat hij niet sterker is.

Aan zijn handrug tennissen fijne manieren.

Lees verder:

 

 

Overzicht gedichten