HOLLANDSE GEDICHTEN
1
Daar is Holland dat ze weidt
het glanzend paard: sokken, bles,
zachte oren achterwaarts.
Vliegen om zijn oog, zwaaiende staart.
Wel dik, van ongeduld, zodat hij graast.
2
En zo, zo is het al eeuwen
De reiger ziet zijn vis.
Je knoopje was al los.
De koeien koeien kauwen.
Lees verder:
|