HOLLANDSE GEDICHTEN
'Van Jan'
Mijn Lieveken, de dag passeerde zonder wind.
Een losse bloem, te groot geopend aan de zon,
geleek ons zeil. Nu vouwen wij een onrust in.
De zee verblinkt. De avond sterft van ouderdom.
Ik denk aan thuis, de dagen zijn hier eindeloos.
Wat dromen wij die laag geboren zijn van meer?
Bekijks misschien, zodat je lichaam bloost
van schaamte? Als veel geluk is windstil weer.
Want wie ik ben, ik voel je hand zo zwaar.
En boven mij regeert de mast met kalm gebaar
de nacht, het koelt niets af, regeert de dag
en dan daarboven nog wordt god gedacht?
Ik breek mijn woord, ik hoor je al: hou stil, hou stil.
Maar ik heb bloed dat varen wil.
Lees verder:
|